Wanneer een hoogbegaafd kind onvoldoende uitgedaagd wordt op school kan het gaan onderpresteren. Er zijn twee vormen van onderpresteren; relatief onderpresteren en absoluut onderpresteren. Bij relatief onderpresteren presteert het kind wel onder zijn eigen mogelijkheden maar niet onder groepsniveau. Dit kind kan dus A/I-scores halen en toch onderpresteren. Wanneer het gaat om absoluut onderpresteren dan presteert een leerling ook onder het gemiddelde van de groep. Een absoluut onderpresterend kind is vaak moeilijk als hoogbegaafd te herkennen. Het is in dit geval goed om naar de vroege ontwikkeling te kijken om kenmerken van hoogbegaafdheid terug te zien.

Wanneer uw zoon en/of dochter absoluut onderpresteert is het ook belangrijk om het lesaanbod goed af te stemmen. Omdat een kind meestal niet meteen absoluut gaat onderpresteren en dit veelal een proces van meerdere jaren is, zijn er hiernaast nog een aantal andere zaken belangrijk. Deze kinderen moeten weer de zekerheid krijgen om zichzelf te mogen laten zien en het plezier in het leren weer terug te krijgen. Ze zullen moeten leren dat het niet erg is om fouten te maken en dat het ook prettig kan zijn om moeite te doen om een bepaald doel te behalen. Binnen onze individuele begeleiding helpen we deze kinderen om zelfverzekerder te worden en weer lol in school te krijgen.

Juiste aanbod lesstof?

Op welk niveau moet de lesstof voor uw kind zijn? Vanuit Senzai kunnen wij een didactisch onderzoek afnemen en advies geven over het juiste onderwijsaanbod.

Een hoogbegaafd kind kan de reguliere lesstof van de basisschool vaak in 20% van de tijd af hebben. Voor deze leerlingen is het noodzakelijk dat er verbreding en verdieping in het lesprogramma wordt aangebracht.

Belang van de juiste lesstof

Voor de ontwikkeling van een kind is het niet wenselijk dat het onder zijn niveau presteert. Kinderen kunnen zich namelijk ongelukkig gaan voelen en fysieke of psychische klachten krijgen. Vaak krijgen kinderen op den duur een ongemotiveerde en slechte werkhouding en ontwikkelen ze geen leer- en aanpakstrategieën (omdat ze deze niet nodig hebben). Het is dus van belang om onderpresteren zoveel mogelijk te voorkomen door een goed beeld te vormen van de eigenlijke capaciteiten van een kind. Vanuit Senzai kunnen we leerlingen in het basisonderwijs een gedegen didactisch onderzoek afnemen om tot een niveaubepaling te komen en advies te geven over het juiste onderwijsaanbod en een mogelijke versnelling (eerder doorstromen naar een hogere groep).

Beide vormen van onderpresteren komen voor bij hoogbegaafde kinderen. Wanneer er geen aanpassingen aan het lesprogramma zijn gedaan, kunt u er zelfs van uit gaan dat een hoogbegaafd kind tussen zijn leeftijdgenoten eigenlijk altijd relatief onderpresteert.

Wanneer het om relatief onderpresteren gaat is het vaak voldoende om de juiste lesstof aan te bieden zodat een kind leerstrategieën kan ontwikkelen en zich voldoende uitgedaagd voelt op school. Als uw zoon en/of dochter echter ook niet gewend is om fouten te maken of moeilijke opdrachten uit de weg gaat, kan het soms prettig zijn om een aantal keren individueel begeleid te worden of deel te nemen aan een groepstraining.